AKZO NOBEL

 

 

 

AKZO NOBEL heeft een zeer gespecificeerd brandweerkorps gehad. Dit was uiteraard nodig vanwege hun specifieke producten op chemisch gebied. In het voorjaar van 1961 werd door de directie van voorheen Koninklijke Nederlandse Zoutindustrie, de KNZ (momenteel genaamd AKZO NOBEL) het besluit genomen tot het oprichten van een bedrijfsbrandweer. Voor dit tijdstip werd gebruik gemaakt van eigen personeel van de afdelingen waar problemen zich voordeden. Hun uitrusting bestond uit een handgeduwde motorspuit en een Geesink uitschuifladder, welke met mankracht verplaatst diende te worden. Indien nodig werd beroep gedaan op de inzet van het gemeentelijke brandweerkorps Hengelo.


 

 

In 1961 werden personeelsleden van diverse afdelingen geselecteerd en aangesteld. Het waren 10 enthousiaste mannen die het bedrijfsbrandweerkorps gingen vormen. Zij kregen een gedegen opleiding onder supervisie van het gemeentelijke korps. Perslucht dragen was hierbij een must, gezien het grote risicofactor tijdens inzet bij calamiteiten, waarbij giftige gassen vrij konden komen. Dit alles onder de bezielende leiding van commandant H. Mulder.


 

 

In 1963 werd het korps uitgebreid tot ±20 personen en werd overgegaan tot het opleiden van deze brandweer-mensen.


 

 

Op 13 maart 1964 werd intensief met het gemeentelijke korps samengewerkt bij een ernstige brand in het gemaal de Waarbeek van het Twentekanaal. Doordat de 3 dieselmotoren bij deze brand uitvielen, kwam de scheepsvaart in het kanaaldeel Hengelo Enschede stil te liggen. De inzet van AKZO bestond o.a. in het beschikbaar stellen van persluchtmateriaal. Het gemeentelijke korps was hierin nog niet voldoende voorzien. Na 2 dagen was één dieselmotor weer beschikbaar en kon de scheepvaart weer langzaam op gang komen. Rijkswaterstaat, waaronder het gemaal viel, gaf een dankbetuiging uit aan beide korpsen.


 

 

In 1965 moest het korps uitrukken voor een nachtelijke brand in een boortoren. Het lukte om de boortoren te behouden.


 

 

In 1966 brak de grote waterleiding, die evenwijdig aan de Boortorenweg liep. Het hele korps is hier bijna een week mee druk geweest om alles weer onder controle te krijgen.


 

 

In 1967 werd overgegaan tot de aanschaf van de eerste professionele tankautospuit DAF-HD+P250 poedereenheid. Deze aanschaf gaf vanuit de hoofddirectie van AKZO-Rotterdam de nodige strubbelingen. Het verwijd was dat AKZO Hengelo te veel haar eigen koers had gevaren bij het bepalen van de samenstelling en fabrikaat van de DAF-bluswagen. Men had in Rotterdam de voorkeur voor het merk Mercedes. Het offertebedrag van DAF bedroeg ƒ 96.400,-.


 

 

Op 15 april 1971 vond een spectaculaire uitslaande brand plaats op het terrein van ongeveer eenderde van de N.V. Hengelosche Bierbrouwerij. Ongeveer een derde van de reserve emballage voor het hoogseizoen, bestaande uit al of niet met flessen gevulde kratten en dozen gaf die donderdag een enorme uitslaande brand. De hitte was zo fel dat de ruiten van bedrijfspanden op dertig tot veertig meter afstand van het vuur sprongen, ondanks het feit dat de panden door de brandweer werden natgehouden. De dikke rook, die voornamelijk afkomstig was van de brandende plastic boxen, was tot halverwege Borne nog te zien. Om 14.40 uur rukte de brandweer uit naar aanleiding van een melding dat er brand was in de krattenvoorraad op de hoek Waarbekenweg-Parallelweg. Al spoedig bleek dat de brand ernstiger was dan aanvankelijk werd verwacht. Het vuur greep zo fel om zich heen, dat de Hengelose brandweer, die voltallig was uitgerukt, de bedrijfsbrandweer van de KNZ (het huidige AKZO NOBEL) opriep om te assisteren. In totaal namen zeven bluswagens, inclusief die van de KNZ-bedrijfsbrandweer en de tankwagen van de gemeente, deel aan de bestrijding van het vuur. Er waren op een gegeven moment een kleine twintig waterstralen op het vuur gericht. Die konden echter niet voorkomen dat enkele duizenden kratten verloren gingen. Evezag het er naar uit, dat de hele zomervoorraad verloren zou gaan, maar zover kwam het niet door moedig en doortastend optreden van de brandweerkorpsen. De brandweerlieden haalden daarvoor drieste stunts uit, hetgeen resulteerde in lichte brandwonden, roodgebrande gezichten en door hitte smeltende brandslangen. Om 22.00 uur kon het sein ”brand meester” gegeven worden.


 

 

In 1973 werd naast de DAF-bluswagen een tweede bluswagen aangeschaft, een Mercedes 480 HD/LD. De oude Bedford werd afgevoerd.

 

 

In februari 1976 was de korpssterkte ± 35 personen. Het was een goed getraind korps, welke dienst deed in een consignatie systeem. Iedere week waren ± 6 mensen geconsigneerd. Het korps nam vaak deel aan onderlinge brandweerwedstrijden in de regio zowel als op landelijk gebied en speciaal de onderlinge AKZO-brandweerwedstrijden. Vele goede resultaten waren het gevolg van de enthousiaste inzet van het korps. Dit had uiteraard tevens als achtergrond een goede training om praktijkervaring op te doen. Immers de inzet op eigen terrein kwam -gelukkig- niet vaak voor. Naast het onderhouden van een goede onderlinge band binnen het korps door deze wedstrijden, werden uiteraard ook regelmatig feesten en uitstapjes georganiseerd. Hierbij werden natuurlijk ook de dames van de korpsleden betrokken. Een en ander resulteerde begin jaren tachtig in het oprichten van een brandweer-personeelsvereniging.


 

 

Op 5 november 1986 werd een Volvo bluswagen aangeschaft. Deze was uitgevoerd met lage- en hoge drukinrichting. De brandweerwagen zou onder de code TAS 8131 dienst blijven doen tot dat het brandweerkorps zou worden opgeheven. De oude Mercedes werd verkocht.


 

 

Op 6 maart 1995 heeft de bedrijfsbrandweer ‘s avonds een calamiteitenoefening gehouden. Dat gebeurde in samenwerking met de gemeentelijke brandweer van Hengelo en de DGD. Het doel was om de samenwerking tussen de verschillende diensten te oefenen en de werking van het Bedrijfsnoodplan te toetsen. Eén van de conclusies na afloop van de oefening was: ”Het Bedrijfsnoodplan van AKZO NOBEL is in orde”. Brandweercommandant Tonny Rupert van de bedrijfsbrandweer gaf als reactie op de vraag of dergelijke oefeningen zin hadden: ”Door de goede preventieve maatregelen binnen het bedrijf doen wij weinig praktische ervaringen op ten aanzien van calamiteiten op eigen terrein. Een oefening als deze levert ons iedere keer weer nieuwe inzichten op hoe wij zijn voorbereid op calamiteiten. In de oefening gingen heel veel zaken goed. Uit enkele onvolkomenheden trekken wij lering en we nemen acties ter verbetering.”


 

 

In 1998 werd het Handboek Hulpverlening binnen het korps geïntroduceerd. Hierin stonden o.a. de rechten, plichten en toetredingsvoorwaarden beschreven. Er werden ongeveer 20 oefenavonden per jaar  voorgeschreven, waarvan men verplicht was minimaal 8 keer per jaar hieraan deel te nemen. Ook 3 oefendagen per jaar behoorde tot de opleidingseis. Verder stonden onderwerpen als regionale en landelijke brandweerwedstrijden alsmede uitstapjes beschreven. De maximale leeftijd bij toetreding werd gesteld op 35 jaar.


 

Woensdag 28 oktober 1998 was een dag van veel wateroverlast door extreem slecht weer. Dit ging ook aan AKZO NOBEL niet voorbij. Door de zware regenval stroomde de Woolderbeek over. Tot half tien was alles op het bedrijfsterrein onder controle. Maar toen begon het. Achter Researchgebouw 1 lag een helling waar het water vanaf bleef stromen. Het bedrijfsbrandweerkorps werd ingeroepen die meteen begon te pompen. Toen de beek en de vijvers achter de gebouwen verdwenen in een grote watervlakte, kwam ook de Hengelose gemeentelijke brandweer assisteren. Tevergeefs leek het wel. De motoren van de kantinekoeling en de bestrating spoelden zo weg onder de fundering. Ondanks de bouw van een zanddam ontstond een doorbraak onder het TC-gebouw. Toen was het met 20 seconden bekeken. Het water stroomde onder anderen de traforuimtes in. Vliegensvlug werd het meubilair elders opgeslagen. De stroom moest worden uitgeschakeld waardoor ook de waterpompen uitvielen. Met noodaggregaten werd verder gepompt. Na intern beraad werd een dijk van een kleine meter hoog en over de gehele puilengte tussen de beek en de vijver aangelegd. Om 19.00 uur was alles weer redelijk onder controle. Met elkaar was het korps twee volle dagen en nachten in actie. Hierbij zijn het leegpompen van meerdere kelders nog niet inbegrepen.


 

In 2000 werd de tweede bluswagen van de bedrijfsbrandweer van AKZO NOBEL (de DAF), welke in 1967 was aangekocht, afgestoten. De wagen had dus 33 jaar dienst gedaan. Deze DAF zou aan de stichting Historie Brandweer Hengelo worden geschonken bij het afscheid van commandant H. Mulder. De DAF kwam echter in particulier bezit. Echter werd er afgesproken dat de stichting HBH de mogelijkheid wordt geboden om deze brandweerwagen bij gelegenheid te kunnen gebruiken. Inmiddels was ook een Volvo stationwagen aangeschaft. Deze was de vervanger voor de Hanomag en was speciaal voor hulpverlening bij chloorrampen bestemd.


 

Zaterdag 13 mei 2000 vond de vuurwerkramp in Enschede plaats bij S.E. Fireworks, waarbij vele doden en gewonden vielen. Veel is hier al over geschreven en nog regelmatig treffen wij hierover artikelen in de media aan. Het heeft dus geen zin hier nog weer verder op in te gaan. Ook de bedrijfsbrandweer van AKZO NOBEL werd ter assistentie opgeroepen. Een actieve rol was echter niet voor hen weggelegd. Na de ramp werd ook door de bedrijfsbrandweer actie ondernomen voor financiële steun aan de slachtoffers. De vergoedingen van de uitruk betreffende deze vuurwerkramp, alsmede de winstuitkeringen over het jaar 1999 werd bijeengelegd. De directie van AKZO NOBEL vulde het bedrag aan tot ƒ 115.000,-.


 

In 2001 werd het 40-jarig jubileum van het korps gevierd. Het was inmiddels uitgegroeid tot 30 direct inzetbare bedrijfsbrandweer/-hulpverleners binnen de vijfploegendienst, 28 brandweermensen in piketgroepen en 30 EHBO-ers. In de afgelopen 40 jaar was heel wat veranderd. Reden genoeg om het jubileum van de beide hulpdiensten niet ongemerkt voorbij te laten gaan. Allerlei activiteiten werden georgani-seerd ter ondersteuning van de feestelijkheden. Op 16 juni werd een ”brandweer kindermiddag” georganiseerd. Het was een groot succes.

 

Op 22 september 2001 vond de feestdag plaats. Zo’n 120 (oud-) brandweermensen en partners waren aanwezig. Zelfs de korpsleden van het eerste uur uit 1961 waren er nagenoeg allemaal. De dag begon bij het ”Wapen van Beckum”. Daarna ging het met huifkarren naar Boekelo om met een stoomtrein richting Haaksbergen te vertrekken. Na terugkomst werd me huifkarren koers gezet naar het Militaryterrein. Tegen de avond werd het avondfeest gehouden in het ”Wapen van Beckum”. In de eerste week van oktober werd een themaweek gehouden. In de bedrijfsrestaurant kon men in die week een expositie bekijken, die speciaal voor deze gelegenheid samengesteld was door onze stichting Historie Brandweer Hengelo. Op zaterdag 6 oktober werd het jubileumjaar afgesloten met onderlinge landelijke AKZO NOBEL brandweer- en EHBO-wedstrijden. Hieraan namen 7 ploegen van het landelijke concern deel.


 

Op 21 augustus 2005 ontstond in de vroege zondagochtend een lekkage in de ”bonna” kanaalleiding op het MCA-terrein. Een zeer grote hoeveelheid kanaalwater is daarbij vrijgekomen met alle gevolgen van dien. De beveiliging kreeg die ochtend om 04.15 uur een melding vanuit de meetkamer Salinco: ”veel waterverlies”. Vanuit de meldkamer kwam tien minuten later het bericht ”veel wateroverlast bij pompstation”. Het tunneltje tussen het Chloorbedrijf en MCA-bedrijf was al ondergelopen en onbegaanbaar. Alle storings- en hulpdiensten werden opgeroepen. De productie-eenheden werden stilgelegd. Al snel constateerde men dat in de ”bonna” kanaalwaterleiding, een belangrijke schakel bij het productieproces, een ernstige lekkage was opgetreden. Ter plekke was een krater ontstaan waaruit grote hoeveelheden kanaalwater stroomde en grote delen van het MCA-bedrijf onder water zette. Omdat het riool deze hoeveelheid water niet aankon, stroomde een klein gedeelte weer terug in het kanaal. Door deze gebeurtenis stagneerde de productie van stoom en stroom, ging de zoutproductie op deellast en werden de Chloor- en MCA-productie uit voorzorg gestopt. Bij het krieken van de dag werd direct begonnen met het inblokken van de lekkage, waarna de bedrijfsbrandweer het water uit de ontstane krater pompte. De opgeroepen diensten begonnen met het herstellen van de schade. Er werd een tijdelijke koelwatervoorziening geïnstalleerd nabij de koeltoren, waardoor zowel het Chloor- als Zoutbedrijf weer op vollast konden draaien. Over een lengte van 10 meter werd de gewapend betonleiding, waarin zich de calamiteit had voorgedaan, vervangen door een stalen tussenstuk. Binnen een week was de operatie gereed en kon het sein ”bonna meester” worden gegeven.


 

Op 1 september 2006 werd de chloorproductie verplaatst naar Delfzijl. Dit had tot gevolg dat de bedrijfsbrandweer in Hengelo werd opgeheven. Vanaf dat moment stond de brandweerwagen ”8131” in de garage te dromen van betere tijden. De Volvo was in 1986 aangeschaft. Deze bluswagen was ook ingezet bij de vuurwerkramp in Enschede in 2000. Als ceremonieel afscheid werd door Albert Geerdsen en André Spikkert nog één keer met loeiende sirene en blauw zwaailicht over de locatie gereden. Menig personeelslid keek verschrikt op en vloog naar buiten… Het was gelukkig een ludiek afscheid van de brandweerwagen, die bijna 20 jaar het brandweertijdperk binnen de locatie Hengelo mede heeft bepaald. De wagen werd overgedragen aan de locatie Mons in België.


Dit was tevens de afsluiting van 45 jaar bedrijfsbrandweer AKZO NOBEL. Een periode van soms angstige inzetten maar ook van veel onderlinge kameraadschap van een goed opgeleid en functionerend brandweerkorps in Hengelo.

Tot zover in vogelvlucht de geschiedenis van de bedrijfsbrandweer van Koninklijke Nederlandse Zoutindustrie (KNZ), welke in latere jaren de naam droeg van AKZO NOBEL.


Bekijk Foto-overzicht AKZO